De spieren van je bekkenbodem ondersteunen de organen die in je klein bekken liggen. Dat zijn de blaas, de endeldarm en - bij de vrouw - de baarmoeder. Zijn de bekkenbodemspieren of het bindweefsel niet stevig genoeg? Dan kan de baarmoeder, de blaas of de darm gedeeltelijk doorheen de vaginawand zakken. Dat noemen we een orgaanverzakking.
Bij sommige vrouwen gebeurt een orgaanverzakking zonder dat ze klachten ontwikkelen. Anderen merken een zwaar of bolvormig gevoel op in de vagina. In ernstige gevallen komt het orgaan zelfs een stukje uit de vagina. Een orgaanverzakking kan je behandelen met een pessarium, kinesitherapie of, als het niet anders kan, een operatie.
Bij mannen komt urineverlies vaker voor na het wegnemen van de prostaat. Vrouwen krijgen er frequenter last van voor of na een bevalling of tijdens de overgang. Maar ook als je nooit bevallen bent, kan urineverlies voorkomen. Bij kinderen hangt het af van de leeftijd. Is je kind ouder dan 4 jaar en blijft het overdag niet droog? Of is het ouder dan 6 jaar en heeft het nog last van bedplassen? Spreek dan je kinderarts erover aan.
Uit schaamte blijven te veel mensen met deze klachten rondlopen. Ook bij kinderen kan het sociale aspect zwaar doorwegen, bijvoorbeeld omdat ze worden geplaagd of uitgelachen. Hierdoor gaan ze zich terugtrekken uit sociale situaties. Ze willen bijvoorbeeld niet mee op kamp of nemen niet deel aan logeerpartijtjes. Dat is onnodig, want vaak kan kinesitherapie helpen.
Verlies je urine bij het hoesten, niezen, lachen of tijdens een inspanning? Dan spreken we van inspanningsincontinentie of stressincontinentie. Wanneer je een plotse aandrang voelt om te plassen en soms niet tijdig het toilet bereikt, is dat urge-incontinentie of aandrangsincontinentie. Deze vorm komt vaak voor bij kinderen. Bij giechelincontinentie of giggle-incontinentie verlies je regelmatig urine wanneer je hard moet lachen.
Er is vrijwel altijd iets aan je urineverlies te doen. Een van de opties is kinesitherapie. Is er toch medicatie of een chirurgische ingreep nodig? Dan verwijzen we je door naar de dienst Urologie. Omgekeerd verwijzen zij ook patiënten naar ons door wanneer ze denken dat we een ingreep kunnen vermijden of uitstellen.
Veelgehoorde stoelgangklachten zijn constipatie, pijn of stoelgangverlies. Anderen hebben diarree, soms met buikpijn. Of ze kunnen windjes niet goed ophouden. Bij kinderen zien we vaak ‘overloopdiarree’: ouders vinden dan veegjes of grotere hopen stoelgang in de broek. Men noemt het diarree, maar eigenlijk is het constipatie: het kind heeft te lang de stoelgang opgehouden.
Stoelgangproblemen kunnen te maken hebben met een verkeerde perstechniek, waarbij je je spieren aanspant wanneer ze moeten ontspannen of omgekeerd. Helpt bekkenbodemkinesitherapie niet? Dan verwijzen we je door naar de dienst Gastro-enterologie, gespecialiseerd in maag-darm en leverklachten.
Heel wat vrouwen ervaren pijn bij penetratie. Het kan zijn dat een tampon of vinger inbrengen niet lukt of pijnlijk is. Deze vrouwen voelen zich vaak geïsoleerd. Ze durven het probleem niet te melden aan hun arts. Dat is jammer, want er bestaan behandelingen. Mannen kunnen ook pijn hebben aan de geslachtsdelen, meestal los van het seksueel contact. Ook bij erectiestoornissen of ejaculatieproblemen kan bekkenbodemkinesitherapie helpen.