Registratieloket
Met ingang van 1 februari 2023 dient elke studie en elk projectvoorstel te worden ingediend bij het registratieloket erkenningsnummer 099 ZAS voor de campussen ZAS Augustinus, Vincentius, Sint-Jozef.
Alle informatie vind je terug op de website van het Registratieloket.
Toetsingskamer
| Deadline indiening | Vergadering |
| 21 november 2025 | 2 december 2025 |
| 26 december 2025 | 6 januari 2026 |
| 23 januari 2026 | 3 februari 2026 |
| 20 februari 2026 | 3 maart 2026 |
| 20 maart 2026 | 31 maart 2026 |
| 24 april 2026 | 5 mei 2026 |
| 22 mei 2026 | 2 juni 2026 |
| 26 juni 2026 | 7 juli 2026 |
| 24 juli 2026 | 4 augustus 2026 |
| 28 augustus 2026 | 8 september 2026 |
| 25 september 2026 | 6 oktober 2026 |
| 23 oktober 2026 | 3 november 2026 |
| 20 november 2026 | 1 december 2026 |
Op de vergadering van de CME worden studies besproken die ten laatste 7 werkdagen voordien ingediend werden.
Het is belangrijk om een dossier volledig in te dienen. De checklist die telkens vooraan het aanvraagformulier beschikbaar is, dient als leidraad om het dossier correct samen te stellen. Gelieve ervoor te zorgen dat alle documenten uit de checklist aanwezig zijn alvorens het dossier in te dienen. Bijkomende informatie is per studie terug te vinden op de pagina Studiedossier samenstellen.
Onvolledige indieningsdossiers en studies die na de deadline toegestuurd worden, zullen verdaagd worden naar de volgende vergadering.
| Naam | Functie |
| Dr. Hilde Debois | kamervoorzitter |
| Dr. Peter Vermeulen | kamerondervoorzitter |
| Dr. Lutgart Dereymaeker | arts (Revalidatiecentrum RevArte)* |
| Dr. Peter Dieleman | arts |
| Dr. Elke Dierckx | arts |
| Dr. Ines Joye | arts |
| Dr. Kim Verdurmen | arts |
| Jana Vanderheyden | Klinisch psycholoog |
| Youri Maryn | logopedist |
| Esther Franssens | secretariaat |
| Veerle Van der Straten | secretariaat |
| Amber Neefs | verpleegkundige |
| Tine Maes | verpleegkundige |
| An Wojtasik | verpleegkundige |
| Wim Borghys | apotheker |
| Steven Van Wortswinkel | ethicus |
| Evelien Delbeke | jurist |
Studiedossier samenstellen
Interventioneel prospectief experiment omvat elk onderzoek bij de mens zonder onderzoeksgeneesmiddel (IMP) waarbij afgeweken wordt van de normale standaarddiagnostiek of standaardtherapie.
Een interventioneel prospectief experiment valt onder de Wet van 7 mei 2004 inzake experimenten op de menselijke persoon.
Voorbeelden:
- Extra bloedafname
- Extra beeldvorming
- Vragenlijsten buiten routineconsultatie of -ziekenhuisbezoek
Om een geldige aanvraag voor een commerciële studie in te dienen, gebruik je de checklist die je vooraan in ons aanvraagformulier terugvindt. De checklist vul je aan en alle documenten uit de checklist moeten verplicht deel uitmaken van het indieningsdossier. Onderstaande opsomming geeft alvast een eerste overzicht van de aan te leveren documenten:
- Begeleidend schrijven
- Aanvraagformulier
Protocol - ICF – je kan hiervoor de template van BAREC als leidraad gebruiken
- Andere patiëntgebonden documenten
- CV van de onderzoeker
- GCP-attest
- GDPR-vragenlijst
- Verzekeringsattest
- Checklist
- Facturatiegegevens
- Lijst met ingediende documenten in Word-versie
- Lijst deelnemende centra (indiening multicentrische studie)
Hier kan je het aanvraagformulier downloaden:
Bij niet-interventioneel prospectief (observationeel) onderzoek worden er enkel gezondheidsgegevens verzameld en/of vragenlijsten/interview afgenomen. Er gebeurt bij de proefpersonen geen aanvullende interventie zoals bloedafname, inname (studie)medicatie, geen extra onderzoeken, ...
Een niet-interventioneel prospectief experiment valt onder de Wet van 7 mei 2004 inzake experimenten op de menselijke persoon.
Om een geldige aanvraag voor een niet-interventioneel prospectief experiment in te dienen, gebruik je de checklist die je vooraan in ons aanvraagformulier terugvindt. De checklist vul je aan en alle documenten uit de checklist dienen verplicht deel uit te maken van het indieningsdossier. Onderstaande opsomming geeft alvast een eerste overzicht van de aan te leveren documenten:
- Begeleidend schrijven
- Aanvraagformulier
- Protocol
- ICF - je kan hiervoor de template van BAREC als leidraad gebruiken
- Andere patiëntgebonden documenten
- CV van de onderzoeker
- GCP-attest
- GDPR-vragenlijst
- Verzekeringsattest
- Checklist
- Lijst met ingediende documenten in Word-versie
- Lijst deelnemende centra (indiening multicentrische studie)
- Goedkeuring centraal EC (indiening multicentrische studie)
Hier kan je het aanvraagformulier downloaden:
Een retrospectieve studie is een studie gebaseerd op gegevens uit het verleden die al beschikbaar zijn in bestaande patiëntendossiers, medische dossiers of administratieve dossiers en voor zover voor deze studies op geen enkele wijze nieuwe gegevens met betrekking tot de patiënten worden bekomen.
Retrospectieve studies vallen niet onder de Wet Experimenten, waardoor er ook geen toestemming van de patiënt in de zin van de Wet Experimenten of een verzekering vereist is.
De GDPR is daarentegen onverkort van toepassing. Het specifiek voor wetenschappelijk onderzoek verder verwerken van persoonsgegevens die verkregen werden in het kader van de medische behandeling, dient een doel dat overeenkomstig de GDPR verenigbaar is met het oorspronkelijke doeleinde van de medische behandeling. Om evenwel te kunnen nagaan of de beginselen inzake gegevensbescherming in het kader van de retrospectieve studie voldoende in acht worden genomen, wordt gevraagd om steeds een ingevulde GDPR-vragenlijst bij de aanvraag in te dienen.
Om een geldige aanvraag voor een retrospectieve studie in te dienen, gebruik je de checklist die je vooraan in ons aanvraagformulier terugvindt. De checklist vul je aan en alle documenten uit de checklist dienen verplicht deel uit te maken van het indieningsdossier. Onderstaande opsomming geeft alvast een eerste overzicht van de aan te leveren documenten:
- Begeleidend schrijven
- Aanvraagformulier
- Protocol
- CV van de onderzoeker
- GDPR-vragenlijst
- Checklist
- Lijst met ingediende documenten in Word-versie
Hier kan je het aanvraagformulier downloaden:
ZAS hecht veel belang aan wetenschappelijk onderzoek en staat open voor onderzoek in het kader van een bachelor- of masterproef.
Dossiers voor bachelor- en masterproeven moeten in eerste instantie ingediend worden via de website van het registratieloket. Het dossier zal dan automatisch intern ook door de beheerder masterproeven ([email protected]) geëvalueerd worden. Via mail zal je van hen een goedkeuring of weigering ontvangen. Die goedkeuring is een absolute vereiste en heb je nodig voor de volgende stap in het proces: de indiening bij de Commissie Medische Ethiek.
Om een geldige aanvraag voor een bachelor/master studie in te dienen, gebruik je de checklist die je onderaan deze pagina kan downloaden. De checklist vul je aan en alle documenten uit de checklist dienen verplicht deel uit te maken van het indieningsdossier. Onderstaande opsomming geeft alvast een eerste overzicht van de aan te leveren documenten:
- Begeleidend schrijven
- Aanvraagformulier
- Protocol
- ICF: voor het opstellen van het ICF (informed consent form) raden we je aan om dit sjabloon als leidraad te gebruiken. Verschillende instructies voor het schrijven worden in het document meegegeven.
- Andere patiëntgebonden documenten
- CV van de student/onderzoeker
- GCP-attest van de student/onderzoeker
- CV van de begeleider voor erkenningsnummer 099
- GCP-attest van de begeleider voor erkenningsnummer 099
- GDPR-vragenlijst
- Verzekeringsattest
- Lijst met ingediende documenten in Word-versie
- Lijst deelnemende centra (indiening multicentrische studie)
- Goedkeuring centraal ethisch comité (enkel van toepassing als ZAS wordt toegevoegd als lokale site aan een al lopende studie)
- Goedkeuring van de betrokken dienst/directie via [email protected]
De Commissie Medische Ethiek vergadert maandelijks (zie vergaderdata hierboven). Hou er rekening mee dat je je dossier tijdig indient.
Een vroegtijdige stopzetting, een uitgestelde start, geen start of een langere duur van een onderzoek in het kader van een bachelor- of masterproef moet je altijd melden bij de CME, de betrokken dienst, en bij [email protected].
Iedere bachelor- of masterproef die wordt uitgevoerd, wordt verder opgevolgd door de ZAS-begeleider. Na afronding bezorg je je eindwerk aan [email protected] en ook aan de ZAS-begeleider als die daarom vraagt.
Hier kan je het aanvraagformulier downloaden:
Praktische richtlijnen
Om de indiening te vereenvoudigen hebben beide CME’s het aanvraagformulier en de richtlijnen voor indiening geüniformiseerd. Deze richtlijnen zijn van toepassing op alle dossiers:
- eerste indiening én amendementen
- enig, centraal of lokaal advies
- interventioneel of niet-interventioneel
- gesponsord, investigator-initiated
- bachelor- en masterproef
- ter goedkeuring of ter kennisname
Hou bij het samenstellen van je indieningsdossier rekening met onderstaande richtlijnen:
- Alle documenten moeten digitaal in individuele PDF-files (max. 5Mb) in 1 enkele mail bezorgd worden. Eventueel kan je ook gebruik maken van WeTransfer/OneDrive/Dropbox of een ander beveiligd platform.
- De in te dienen documenten worden opgelijst in de checklist die je na deze richtlijnen in het aanvraagformulier vindt. Deze checklist dient als leidraad om het dossier volledig samen te stellen.
- Alle documenten (ICF, protocol,…) moeten steeds voorzien zijn van een versienummer en -datum. Vul alle documenten in op de documentenlijst en voeg het aangevulde document als Word-file mee toe aan je aanvraagdossier.
- Begeleidende brieven worden geadresseerd t.a.v. de respectievelijke voorzitters of het secretariaat en zijn altijd gedateerd en gehandtekend door de onderzoeker.
- Het CV mag maximum 1 jaar oud zijn en moet gedateerd en gehandtekend zijn.
- Na ontvangst van het indieningsdossier kijkt de CME het ingezonden dossier na op volledigheid. Indien de studie ontvankelijk verklaard wordt, krijgt de onderzoeker een bevestiging via mail. Indien het dossier onvolledig blijkt, wordt dit zo snel mogelijk teruggekoppeld aan de onderzoeker. Bij het ontbreken van documenten zal de studie niet worden geagendeerd.
- Voor amendementen wordt steeds een clean version voorzien én een met tracking changes.
- Ook de indiening van amendementen, annual progress reports, end of study e.d. bezorg je digitaal via mail. Eventueel kan je ook hier gebruik maken van WeTransfer/OneDrive/Dropbox of een ander beveiligd platform. Je voegt een lijst van ingediende documenten toe met inbegrip van versienummer en –datum. Je kan hiervoor deze documentenlijst gebruiken.
- Het gebruik van de sjablonen voor geïnformeerde toestemming is verplicht is voor alle nieuwe studies. Op de website van BAREC vind je alle templates terug.
- Om een vlotte afhandeling van elk dossier mogelijk te maken, vragen we om in elke communicatie over reeds goedgekeurde studies telkens het CME dossiernummer of approval nummer duidelijk te vermelden.
- De vergader- en indieningsdata van de respectievelijke CME’s zijn terug te vinden op de website. Gelieve de laatste dag van ontvangst van dossiers te respecteren. Dossiers die na de deadline zijn ingediend worden verdaagd naar de volgende vergadering.
- Informeer de betrokken CME’s indien een studie niet wordt aangevat, of wanneer ze wordt afgesloten of vroegtijdig onderbroken (met opgave van eventuele reden). Dit geldt ook voor studies waarvoor een lokaal advies werd gegeven.
Na de vergadering zal het advies van de CME via e-mail worden meegedeeld aan de ZAS-hoofdonderzoeker.
Als ZAS als lokale ethische commissie optreedt, zal ook de leidende ethische commissie op de hoogte gebracht worden van het advies. Als ZAS als centrale ethische commissie optreedt, zullen ook de eventuele lokale ethische commissies op de hoogte gebracht worden van het advies.
In het geval van een master- of bachelorproef zullen de student, de betrokken ZAS-begeleider en [email protected] het advies ontvangen
De bijdragen (exlusief BTW) voor de Ethische Commissie zijn wettelijk bepaald volgens het KB van 15 juli 2004 en worden jaarlijks geïndexeerd.
| INTERVENTIONEEL | 2025 |
| Aanvraag om advies van het ethisch comité in het kader van een monocentrisch experiment | 1641,91 |
| Aanvraag om een advies van het ethisch comité dat bevoegd is voor het uitbrengen van het enkel advies in het kader van een multicentrisch experiment | 1641,91 |
| Tussenkomst van het/de andere betrokken ethisch(e) comité(s) verbonden aan de locaties waar het experiment zou plaatsvinden indien dit zou doorgaan | 492,57 |
| Aanvraag om advies van het ethisch comité bij amendement | 410,47 |
| NIET-INTERVENTIONEEL | 2025 |
| Aanvraag om advies van het ethisch comité in het kader van een monocentrisch experiment | 656,76 |
| Aanvraag om een advies van het ethisch comité dat bevoegd is voor het uitbrengen van het enkel advies in het kader van een multicentrisch experiment | 656,76 |
| Tussenkomst van het/de andere betrokken ethisch(e) comité(s) verbonden aan de locaties waar het experiment zou plaatsvinden indien dit zou doorgaan | 164,21 |
| Aanvraag om advies van het ethisch comité bij amendement | 164,21 |
Gelieve bij een commerciële studie de volgende gegevens aan de Commissie Medische Ethiek (CME) te bezorgen:
- Facturatie-adres (bij voorkeur een adres in België)
- Naam contactpersoon
- PO-nummer (Purchase Order), indien van toepassing
- Btw-nummer
Bovenstaande gegevens kunnen in het aanvraagformulier aangevuld worden. De financiële dienst van de ZAS-campus(sen) zal op basis van de doorgegeven details in het aanvraagformulier een factuur opmaken. Betaling kan enkel na ontvangst van deze factuur.
Klinische proeven
Klinische proeven dienen ingediend te worden volgens EU Regulation 536/2014.
Vanaf 31 januari 2023 is het gebruik van CTIS (Clinical Trial Information System) verplicht voor alle initiële aanvragen van klinische proeven (studies met studiemedicatie – vroegere EudraCT studies) in de EU. De beoordeling hiervan gebeurt door het FAGG en een door hen aangeduide Ethische Commissie die bevoegd is voor de beoordeling van dergelijke klinische proeven. Het CT-College, een onafhankelijk orgaan, treedt op als coördinator tussen het FAGG en het betrokken CME.
De CME 099 heeft deze bevoegdheid niet en wordt ook niet langer mee op de hoogte gebracht van het definitieve advies geformuleerd door het FAGG en de aangeduide CME. De CME ontvangt enkel nog de melding dat de klinische proef werd gevalideerd.
Na goedkeuring door de bevoegde autoriteiten en de aangeduide CME, moeten dergelijke studies door de sponsor/opdrachtgever worden geregistreerd in het ziekenhuisbrede registratieloket. Na registratie - en vóór inclusie van de eerste patiënt - dient zowel het finaal advies van de bevoegde autoriteiten (FAGG) te worden overgemaakt aan de CME via [email protected], bij voorkeur samen met het protocol en ICF.
Medical devices & In Vitro Diagnostics
Studies met Medical Device of In Vitro Diagnostics dienen ingediend te worden respectievelijk volgens EU Regulation 2017/745 en 2017/746.
Sinds 26 mei 2021 is ook de Europese Verordening 2017/745 met betrekking tot studies met medical devices van kracht. Hiervoor geldt een analoge werkwijze zoals voor klinische proeven zij het via het Europees platform (EUDAMED). Ook deze studies dienen door de sponsor/opdrachtgever, na goedkeuring door de bevoegde autoriteiten en de aangeduide CME, te worden geregistreerd in het ziekenhuisbrede registratieloket. Na registratie - en vóór inclusie van de eerste patiënt - dient minstens het finaal advies van de bevoegde autoriteiten (FAGG) te worden overgemaakt aan de CME via [email protected], bij voorkeur samen met het protocol en ICF.
Lopende studies
Substantiële amendementen
Wanneer de CME bevoegd is voor het enkel advies (bij een monocentrische of multicentrische studie), moeten substantiële amendementen voor advies worden voorgelegd. De CME bezorgt haar advies aan de hoofdonderzoeker. Indien het een multicentrische studie betreft, worden ook de lokale commissies medische ethiek geïnformeerd over het advies. (art. 19 §1 Wet van 7 mei 2004 )
Een amendement kan slechts goedgekeurd worden indien:
- De CME reeds een gunstig advies formuleerde over het initiële protocol.
- Een jaarlijks vorderingsrapport werd ingediend (vanaf datum goedkeuring CME). Indien de studie niet binnen het jaar beëindigd is, vereist ICH-GCP namelijk dat een jaarlijks vorderingsrapport wordt bezorgd aan CME.
Er zijn twee soorten amendementen die kunnen worden ingediend, nl. inhoudelijk substantiële elementen (wijzigingen in ICF of protocol) en deelname van bijkomende centra aan een eerder goedgekeurd onderzoek. De vraag om toevoeging van bijkomende centra dient te worden gesteld door de onderzoeker of de opdrachtgever. Een toevoeging van site kan ten vroegste 3 maanden na de initiële goedkeuring ingediend worden.
Hou er ook rekening mee dat alle centra die aan een bepaalde studie deelnemen over identieke, finaal goedgekeurde (versies van) documenten moeten beschikken.
De CME vraagt de hoofdonderzoeker om steeds de meest recente documenten aan de commissie te bezorgen.
Welke documenten dien je in?
Om een geldige aanvraag voor een substantieel amendement in te dienen, moeten onderstaande documenten verplicht aanwezig zijn in het indieningsdossier:
- Begeleidend schrijven: Deze begeleidende brief vormt een essentieel onderdeel van de indiening van een amendement en moet een korte beschrijving van de wijzigingen/reden van het amendement bevatten.
- Gewijzigde documenten: In de documenten waarin wijzigingen voorkomen (vb. protocol, ICF,…) moet de aanduiding van deze wijzigingen duidelijk gebeuren door middel van track changes of highlight. Gewijzigde documenten moeten voorzien worden van nieuw versienummer en nieuwe versiedatum.
- Facturatiegegevens: Betalingsgegevens op basis waarvan de factuur opgemaakt zal worden (indien van toepassing). We verwijzen hiervoor ook naar onze richtlijnen bij Betaling.
Hoe dien je in?
Uitsluitend elektronische indiening via e-mail op [email protected]. We verwijzen hiervoor ook naar onze richtlijnen Hoe indienen.
Niet-substantiële amendementen
Niet-substantiële amendementen worden ingediend ter notificatie en niet ter goedkeuring. Deze mogen wel worden ingediend met het volgend substantieel amendement.
Voorbeelden:
- vertaling van het reeds ingediend document
- kleine verduidelijkingen in het protocol
- correctie van tikfouten
- verandering in de documentatie die het onderzoeksteam gebruikt voor het vastleggen van de onderzoeksgegevens (bv. Casusformulier of gegevensverzamelformulier)
Bij het afsluiten van een studie wordt een begeleidend schrijven opgemaakt met volgende informatie:
- afsluiten van inclusie van proefpersonen (op lokaal niveau of in alle deelnemende centra), laatste bezoek van laatste patiënt (op lokaal niveau of in alle deelnemende centra), enz…
- duidelijke vermelding van welk onderzoekscentrum sluit
- of het onderzoek al dan niet vroegtijdig wordt afgesloten (met opgave van reden indien vroegtijdig)
Gelieve ons binnen het jaar na het stopzetten van de studie, een Clinical Study Report met hierin een samenvatting van de resultaten aan de CME te bezorgen.
Compassionate use en medical need
De wet op de geneesmiddelen van 25 maart 1964 beschrijft hoe geneesmiddelen die niet zijn toegelaten in België (of enkel toegelaten zijn voor verschillende indicaties), toch onder bepaalde voorwaarden aan patiënten kunnen worden verstrekt. (Art. 6quater §1)
De CME verleent een gemotiveerd advies over:
- de ethische toelaatbaarheid van het programma;
- de inlichtingen die aan de patiënt verstrekt worden met het oog op het verlenen van diens schriftelijke toestemming.
Voor de te volgen procedures verwijzen we naar art. 106-109 van het KB van 14 december 2006 betreffende geneesmiddelen voor menselijk en diergeneeskundig gebruik.
Voor niet-geautoriseerde geneesmiddelen kan dit gedaan worden uit mededogen (“compassionate use”) voor een groep patiënten met een chronische of ernstig invaliderende ziekte of van wie de ziekte kan worden beschouwd als levensbedreigend en die niet voldoende kunnen worden behandeld door een reeds toegelaten geneesmiddel. Het betreffende geneesmiddel moet ofwel het voorwerp uitmaken van een aanvraag voor een vergunning voor het in de handel brengen via de gecentraliseerde procedure (cfr. artikel 6 van Verordening 726/2004) of klinische proeven moeten ondergaan voor de gerelateerde indicatie.
Voor producten die in België zijn toegelaten, kan dit worden gedaan in gevallen waarin een patiënt een chronische ziekte heeft, een ziekte met een ernstige impact of een levensbedreigende ziekte waarvoor niet bevredigend kan worden behandeld een product dat voor deze indicatie is toegelaten (en in de handel verkrijgbaar) in België (“medical need”) programma's nodig hebben ”). Aanvullende voorwaarden zijn:
- een verzoek om autorisatie voor de indicatie in kwestie moet in behandeling zijn
- of de indicatie is reeds goedgekeurd, maar het product is nog niet in de handel verkrijgbaar
- of er zijn klinische onderzoeken gaande voor deze indicatie of klinische onderzoeken hebben de relevantie bewezen van het gebruik van het geneesmiddel bij de beoogde indicatie.
Per programma kan slechts één indicatie worden goedgekeurd.
In beide gevallen geeft de CME een advies nadat het verzoek is ingediend bij het FAGG.
Case report
Een case report is een gedetailleerd verslag van de diagnose, behandeling en/of follow-up van een individuele patiënt. Case reports bevatten ook enige demografische informatie over de patiënt (persoonsgegevens bv. leeftijd, geslacht, etnische afkomst …) Aangezien vele tijdschriften een EC-advies vragen voor case reports, raden we aan deze in te dienen bij de Commissie Medische Ethiek ([email protected]).
Gelieve naast het ICF (zonder naam van de patiënt) ook een korte toelichting (begeleidende brief) van de case report mee te sturen. Het ICF kan pas na indiening en goedkeuring door het CME door de patiënt worden ondertekend.
Paper
Verschillende gerenommeerde klinische tijdschriften vereisen een advies van een Ethische Commissie voor de publicatie van een paper. Om het advies te bekomen van de Commissie Medische Ethiek dient u de paper te bezorgen aan [email protected]. Het document dient minstens volgende elementen te bevatten:
- Helder gedefinieerd doel/wetenschappelijke rationale
- Grondig gepland onderzoeksontwerp
- Gedetailleerd beschreven onderzoeksproces en datamanagement
- Mogelijke beperkingen
- Adequate analyse
- Ondubbelzinnige gepresenteerde bevindingen
- Gerechtvaardigde conclusies
Onderzoek op lichaamsmateriaal
In België is het bij wet verplicht om menselijk lichaamsmateriaal, afgenomen of beschikbaar gesteld voor wetenschappelijk onderzoek, te registreren in een erkende biobank. Enkel zo'n biobank mag het menselijk lichaamsmateriaal vrijgeven voor wetenschappelijk onderzoek. De gegevens over het materiaal en de donor zijn gecodeerd.
De schriftelijke overeenkomst tussen de onderzoeker en de biobank bevat ten minste (art. 10 §1 KB inzake biobanken van 9 januari 2018):
- het voorwerp van het wetenschappelijk onderzoek waarvoor het menselijk lichaamsmateriaal ter beschikking wordt gesteld,
- de verantwoordelijkheden inzake het verzekeren van de traceerbaarheid,
- de omschrijving van de gepaste technische en organisatorische maatregelen in geval persoonsgegevens (uit het medisch dossier van de donor) worden meegedeeld door een biobank,
- een gecodeerde kopie van het toestemmingsformulier van de donor als de biobank persoonsgegevens meedeelt aan een andere biobank.
De schriftelijke overeenkomst kan tevens de vorm aannemen van een schriftelijke kaderovereenkomst indien aan bijkomende voorwaarden is voldaan. (art. 10 §2 KB inzake biobanken van 9 januari 2018).
Documenten die deel dienen uit te maken van het indieningsdossier:
- Aanvraagformulier
- Studie-protocol
- CTC-aanvraagformulier
- Een model van het “Informed consent (geïnformeerde toestemming) ”-formulier (indien vereist)
Uitsluitend elektronische indiening via email op [email protected]. We verwijzen hiervoor ook naar onze richtlijnen 'Studiedossier indienen'.
De ethische commissie speelt hier een belangrijke rol aangezien het voor elk gebruik van menselijk lichaamsmateriaal voor wetenschappelijk onderzoek een positief advies moet verlenen. Het gunstige advies is niet vereist indien het gebruik binnen de doelstellingen van de biobank valt en in het geval dat over deze doelstellingen reeds een gunstig advies is verstrekt.
De wetgever heeft echter niet gespecifieerd waarop dit advies betrekking moet hebben en heeft dit overgelaten aan de ethische commissie zelf. Enkel inzake het secundair gebruik van menselijk lichaamsmateriaal stelt de wetgever een aantal minimumvoorwaarden aan het advies. Het EC bespreekt eerst of het secundair gebruik nuttig en maatschappelijk relevant is. Nadien wordt nagegaan of de (secundaire) toestemming van de donor volstaat om dit secundaire gebruik te verantwoorden. Deze toestemming dient voldoende specifiek te zijn en de informatie die aan de donor wordt verstrekt, moet voldoende zijn om te kunnen spreken van een “informed consent”. (art. 21 Wet op Menselijk Lichaamsmateriaal van 19 december 2008)
De ethische commissie beoordeelt in beginsel zowel de opportuniteit van het te verrichten onderzoek als de bescherming van de rechten van de donor.