Onderzoeken

Om pijn goed te kunnen behandelen, moet het eerst duidelijk zijn hoe ernstig de pijn is. Om dat te weten te komen, geeft je kind of de verpleegkundige de pijn een ‘score’.

Bij dit onderzoek slik je een minuscule camera in. Die is maar zo groot als een vitaminepil. Daarmee kunnen we de binnenkant van je darmen filmen en zo afwijkingen opsporen.

Als je vaak moet plassen kan de uroloog veel informatie halen uit een plaskalender. Je houdt daarvoor 3 dagen en 3 nachten bij hoeveel je drinkt en meet je plasvolumes op.

De kinderuroloog kan je vragen een plaskalender bij te houden. Je schrijft hiervoor, meestal 2 dagen, op hoeveel en wanneer je kind drinkt en plast.

Voor een operatie, volledige verdoving of sedatie, is het zinvol om bij oudere patiënten een bijkomend geriatrisch risicoprofiel op te maken.

Het is belangrijk dat je voor een operatie de vragenlijst op mijn.zas.be zo snel en volledig mogelijk invult en onze verdere instructies opvolgt.

Het is belangrijk dat je voor een operatie bij je kind de vragenlijst op mijn.zas.be zo snel en volledig mogelijk invult en onze verdere instructies opvolgt.

Als je mogelijk prostaatkanker hebt, neemt de uroloog met een holle naald stukjes weefsel uit de prostaat om te laten onderzoeken.

Met dit onderzoek gaan we de gevoeligheid van je luchtwegen na. Je ademt een oplossing met histamine of metacholine in, een prikkelende maar onschadelijke stof.

Bij een provocatietest neem je specifieke medicatie in via de mond en controleren we of je een (allergische) reactie hebt op de medicatie.

PSA (prostaat specifiek antigeen) is een eiwit dat in de prostaat wordt gemaakt. Met een bloedonderzoek kan je arts de hoeveelheid PSA in je bloed meten.

Artsen bestuderen de gewrichten van je handen, polsen en/of ellebogen.