Op deze pagina
- Wat is een beschadigd of versleten schoudergewricht?
- Oorzaak van een versleten schoudergewricht
- Mogelijke klachten
- Soorten schouderprothesen
- Het verloop van de ingreep
- Aandachtspunten op de dag van de ingreep
- De revalidatie
- Mogelijke ongemakken na de plaatsing van een schouderprothese
- Opvolging na de plaatsing van een schouderprothese
- Waar gebeurt de plaatsing van een schouderprothese?
Wat is een beschadigd of versleten schoudergewricht?
We spreken van een versleten schoudergewricht als ...
- je veel slijtage hebt aan je schoudergewricht,
- je een ingewikkelde breuk hebt in je schouderkop of
- een pees van je rotator cuff – een belangrijke spier- en peesgroep in je schouder – niet meer geneest.
Een schouderprothese – een kunstgewricht uit metaal en polyethyleen – kan dan een goede oplossing zijn. Die helpt om de pijn te verminderen en zorgt ervoor dat je je schouder opnieuw beter kan bewegen.
Oorzaak van een versleten schoudergewricht
Er zijn verschillende redenen waarom het nodig kan zijn om een schouderprothese te plaatsen.
Door artrose – een aandoening aan het kraakbeen in je gewrichten – kan het laagje kraakbeen in je schouder verslijten. Het kraakbeen brokkelt af, waardoor de structuur onregelmatig wordt. Je schoudergewricht kan daardoor niet meer soepel bewegen. Dat brengt pijn en stijfheid met zich mee.
Artrose is meestal het gevolg van ouderdom, maar het kan ook veroorzaakt worden door andere aandoeningen zoals reuma of een breuk die slecht genezen is.
Als een breuk in de bol of kop van je schouder niet meer geneest en niet hersteld kan worden met pinnen, platen of schroeven, kan de arts beslissen om een schouderprothese te plaatsen. De arts vervangt de schouderbol dan door een metalen bol.
Dat komt vaker voor bij ouderen. Door osteoporose of botontkalking leidt een val bij hen sneller tot ernstige breuken.
Rond het schoudergewricht zitten spieren en pezen. Die spier- en peesgroep noemen we de rotator cuff. Als daar een grote en onherstelbare scheur in komt, kan het kraakbeen in je schouder verslijten. De plaatsing van een prothese is dan soms de enige oplossing.
Door een breuk kan de bloedvoorziening van de schouderkop beschadigd raken. Daardoor kan (een deel van) de schouderkop afsterven en het bot inzakken. Dat noemen we avasculaire necrose.
Door avasculaire necrose verliest de kop van je schouder zijn mooie, regelmatige bolvorm. Het gewricht kan daardoor niet meer soepel bewegen. Dat veroorzaakt pijn en stijfheid en kan leiden tot artrose.
Mogelijke klachten
Een versleten schoudergewricht zorgt meestal voor pijn. Het gewricht wordt ook vaak stijf.
Bij een totale schouderprothese wordt zowel de kop van de bovenarm als de kom van het schoudergewricht vervangen door kunstmateriaal.
Bij een hemiprothese wordt enkel de kop van de bovenarm vervangen door kunstmateriaal.
Bij een oppervlakteprothese wordt het kraakbeen van de kop bedekt door kunstmateriaal.
Bij een omgekeerde prothese wordt zowel de kop van de bovenarm als de kom van het schoudergewricht vervangen door kunstmateriaal. Deze prothese is speciaal ontworpen voor patiënten bij wie de rotator cuff – een belangrijke spier- en peesgroep in je schouder – niet meer werkt.
Het verloop van de ingreep
De ingreep zelf gebeurt onder algemene verdoving. Je bent dus niet wakker tijdens de ingreep. Je krijgt ook een zenuwverdoving via een spuitje in je nek. Die prik verdooft de zenuwen die naar de schouder en de arm lopen. Hierdoor heb je minder pijn na de ingreep.
Tijdens de ingreep wordt (een deel van) je schoudergewricht vervangen door een kunstgewricht. Soms wordt enkel de kop van het gewricht vervangen. Als het hele gewricht versleten is, haalt de arts kraakbeen weg van de kop en van het schouderblad. In de plaats daarvan komt een metalen implantaat, met daartussen een sterke kunststof om slijtage te beperken.
Na de ingreep blijf je 2 tot 3 dagen in het ziekenhuis. De dag na de ingreep komt een lid van het orthopedisch team langs om je uit te leggen wat er tijdens de ingreep is gebeurd. De kinesist komt een reeks oefeningen uitleggen en je verdere revalidatie bespreken.
Aandachtspunten op de dag van de ingreep
- Omdat de ingreep onder sedatie of volledige verdoving gebeurt, moet je de dag van de ingreep nuchter zijn. Dat betekent dat je vanaf 6 uur voor de ingreep niet meer mag eten, drinken of roken.
- Vraag je arts of hoofdverpleegkundige of je dagelijkse medicatie zoals gewoonlijk mag nemen met een klein beetje water.
- Breng geen make-up aan.
- Waardevolle juwelen laat je beter thuis.
- Draag losse bovenkleding. Vaak vragen we om die te wisselen voor een operatieschortje.
De revalidatie
Na de ingreep moet je je arm 3 weken laten rusten in een draagverband. Na ca. 12 dagen mag je huisarts de hechtingen verwijderen.
Je start zo snel mogelijk na de ingreep met kinesitherapie. In het begin zijn dat lichte oefeningen en passieve kinesitherapie, waarbij de kinesitherapeut je arm beweegt. Na een aantal weken worden de oefeningen wat zwaarder en intensiever en mag je zelf je schouder bewegen.
De revalidatie duurt meestal 4 tot 6 maanden.
Mogelijke ongemakken na de plaatsing van een schouderprothese
Een licht ongemak is normaal na de ingreep. Eventueel kan je paracetamol (bijvoorbeeld Dafalgan) innemen om de last te verlichten.
Bij elke ingreep die je uitvoert op het lichaam, kunnen er verwikkelingen optreden. Ze kunnen voorkomen na de ingreep maar ook vele jaren later. Dit zijn de meest frequente en belangrijkste complicaties die kunnen optreden bij de plaatsing van een schouderprothese. Vraag je arts gerust om meer uitleg.
- Een prothese bestaat uit materiaal dat van nature niet voorkomt in je lichaam. Daardoor kan er een infectie ontstaan.
- Er kunnen letsels aan je bloedvaten en zenuwen ontstaan. Die geven je tijdelijk een verlammend gevoel in je arm. Die letsels verdwijnen meestal spontaan.
- Barsten en breuken in het bot tijdens de ingreep.
- Frozen shoulder (verstijving van het schouderkapsel).
- Schouder-handsyndroom, een probleem in het zenuwstelsel of de bloedsomloop waardoor je schouder en hand pijn doen, stijf worden en soms zelfs dik worden.
- Ontwrichting van de prothese.
- Loskomen van de prothese.
Wanneer zeker contact opnemen?
Neem zeker contact op
- bij aanhoudende koorts: meer dan 38°;
- bij plotse pijnlijke toename van zwelling in je schouder;
- bij vochtverlies uit de wonde;
- bij kortademigheid of een ongewone pijn in de borststreek.
Opvolging na de plaatsing van een schouderprothese
In overleg met je arts worden een eerste controle en alle volgende consultaties afgesproken.
Hoeveel kost de plaatsing van een schouderprothese?
- Het plaatsen van een schouderprothese en het verblijf in het ziekenhuis worden grotendeels vergoed door het ziekenfonds.
- Het deel van de factuur waarvoor je ziekenfonds niet tussenkomt, moet je zelf betalen, tenzij je een aanvullende hospitalisatieverzekering hebt. Verwittig daarom de verzekeringsmaatschappij voor de ingreep, zodat je de juiste polisvoorwaarden kent en niet voor verrassingen komt te staan.
Waar gebeurt de plaatsing van een schouderprothese?
De ingreep gebeurt tijdens een opname in ZAS Cadix, ZAS Palfijn of ZAS Vincentius.
De controles achteraf vinden plaats in ZAS Augustinus, ZAS Cadix, ZAS Hoge Beuken, ZAS Middelheim, ZAS Palfijn, ZAS Sint-Jozef, ZAS Vincentius of in de privépraktijk van je arts.